Deze website maakt gebruik van cookies

BDO Nederland gebruikt cookies en trackingtechnologieën om het browser-gebruik op onze online publicaties te verbeteren, gepersonaliseerde content te tonen en traffic te analyseren. Door op akkoord te klikken, stemt u in met het gebruik van cookies. Lees meer over ons cookiebeleid en privacybeleid.

Het speelveld van gemeenten vanaf 2021

Een korte verkenning
BDO-BENCHmark Nederlandse gemeenten 2023

WILT U MEER WETEN OVER DEZE PUBLICATIE OF OVER ONZE DIENSTVERLENING VOOR DE OVERHEID?

Neem dan contact op met 


Rob Bouman

rob.bouman@bdo.nl

✆ 06 - 23 48 45 50


of kijk op

bdo.nl/overheid

Download de pdf-versie van het rapport inclusief verhelderende interviews met politici en managers uit het lokale bestuur  

Het jaar 2021 is, net als de jaren daarvoor, opnieuw een veelbewogen jaar voor gemeenten. Afgezien van de COVID-19-pandemie die toen nog in volle gang was, nemen de maatschappelijke opgaven toe en houden ook de financiële verhoudingen en toekomstige wet- en regelgeving vanuit het Rijk de gemoederen bezig.

De maatschappelijke opgaven waar gemeenten een belangrijke bijdrage aan moeten leveren, zijn niet mals. Afgezien van de al bestaande opgaven binnen het sociaal domein en de jeugdzorg, is er om te beginnen de energietransitie, één van de grootste maatschappelijke vraagstukken van deze tijd. Gemeenten staan onder andere voor de opgave om in 2050 de gebouwde omgeving aardgasvrij te maken. Nederland moet vanaf dan een klimaatneutrale samenleving zijn. Het doel is duidelijk, de weg ernaartoe niet. Ook hebben lokale overheden de handen vol aan het realiseren van natuurherstel en het terugdringen van de stikstofuitstoot. In combinatie met het aanjagen van de woningbouw is dat een enorme puzzel. Landelijk gezien is er een tekort van 390 duizend woningen, blijkt uit de Atlas voor gemeenten 2022 van Atlas Research. De woningbouwopgave betreft tot 2030 dan ook ruim 1 miljoen nieuwe woningen. Ook de opvang van vluchtelingen en asielzoekers houdt gemeenten bezig. De opvang- en noodlocaties zijn overvol, terwijl de instroom door blijft gaan.


Uitdagingen voor de gemeentelijke organisatie: krappe arbeidsmarkt en impact van een toenemende digitalisering

Een andere steeds groter wordende uitdaging betreft de krapte op de arbeidsmarkt. Dat maakt het voor gemeenten al lastig om de reguliere taken uit te voeren, laat staan de vele nieuwe opgaven die op ze afkomen. Ook staan gemeenten voor de steeds grotere impact van de informatiesamenleving en digitalisering. Burgers en bedrijven zijn steeds zelfredzamer en doen steeds meer online. Ook gemeenten kunnen en moeten meer gebruik gaan maken van de kansen van digitalisering in beleid, opgaven en (efficiëntere) dienstverlening. En dat in een omgeving waarin beveiliging en privacy van data en persoonsgegevens cruciaal zijn.


Financieel perspectief vanaf 2026 onzeker

Het kabinet heeft via het coalitieakkoord de gemeenten een goede financiële basis geboden voor de periode tot en met 2025. Er zijn voor die periode extra middelen aan het gemeentefonds toegevoegd en de opschalingskorting is naar achteren geschoven. De extra middelen zijn niet structureel, wat het perspectief vanaf 2026 onzeker maakt. De terugval in de omvang van het gemeentefonds vanaf 2026 is in gemeenteland omgedoopt tot ‘het ravijn’. De vergoeding voor de volumegroei over de jaren 2023-2025 van € 3,3 miljard vervalt dan. Gemeenten verliezen hiermee de ruimte om volumegroei (meer inwoners en/of vraag naar dienstverlening) op te vangen. Het Rijk lost dit in 2026 eenmalig op door een toevoeging van € 1,8 miljard aan het gemeentefonds. Wat de omvang van het gemeentefonds is na 2026 blijft vooralsnog gissen. De begrotingen 2026 van gemeenten voorspellen een gezamenlijk tekort van € 600 miljoen en  60% van de gemeenten komt dan in het rood. Deze financiële onzekerheid maakt  het voor gemeenten lastig om structureel beleid te maken of te investeren in de maatschappelijke opgaven die er zijn.


Financiële verhoudingen herzien

Het kabinet heeft bij het coalitieakkoord aangekondigd dat de financiële verhoudingen tussen Rijk en decentrale overheden worden herzien. In hoeverre daarmee ‘het ravijn’ wordt overbrugd, is vooralsnog niet duidelijk. De financiële uitgangspunten voor een nieuw stelsel gaan over een goede balans tussen opgaven, taken en middelen, meerjarige financiële stabiliteit, inzet van de transitiefondsen en de eventuele uitbreiding van het lokale belastinggebied. Het nieuwe stelsel gaat echter om meer dan alleen geld. Het gaat ook over de versterking van de interbestuurlijke samenwerking en reductie van de administratieve lasten. Dat is goed nieuws.

Eén overheid

Het kabinet wil bij de grote maatschappelijke opgaven samen met medeoverheden optrekken. Deze gedachte van één overheid zien wij als een belangrijke pijler onder de versterking van de interbestuurlijke samenwerking. Dit voor zover beide overheden ook bereid zijn samen mee- en tegenvallers op te vangen als het gaat om maatschappelijke opgaven.


Uitvoeringstoets decentrale overheden

Voor invoering van nieuw rijksbeleid en het neerleggen van taken bij lokale overheden moet voortaan eerst een uitvoeringstoets decentrale overheden (UDO) komen, heeft minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties laten weten. ‘Het is noodzakelijk dat de opgaven waarvoor medeoverheden staan en de middelen die ze tot hun beschikking hebben in balans zijn. Ik zie het als mijn verantwoordelijkheid erop toe te zien dat medeoverheden in staat zijn hun taken naar behoren uit te voeren’, schrijft de minister in haar hoofdlijnenbrief. Een uitvoeringstoets geeft duidelijkheid over de haalbaarheid en uitvoerbaarheid van beleid en geeft al tijdens de planningsfase inzicht in het draagvlak, de financiering en administratieve gevolgen ervan. Een uitvoeringstoets kan een krachtig middel zijn bij het versterken van de interbestuurlijke samenwerking.


Samenwerken

Willen gemeenten een rol van betekenis spelen bij de verschillende maatschappelijke opgaven, dan zullen ze meer dan ooit moeten samenwerken met medeoverheden en andere partijen. Maar bijvoorbeeld ook met inwoners, maatschappelijke organisaties en ondernemers. Het Nationaal Programma Regionale Energie Strategie (RES) is een voorbeeld van zo’n samenwerkingsverband. Dit programma ondersteunt de regio’s bij het maken van een regionale energiestrategie. Maar ook op andere thema’s zullen gemeenten de handen ineen moeten slaan omdat de opgaven eenvoudigweg te omvangrijk en te complex zijn.

‘Burgers en bedrijven zijn steeds zelfredzamer en doen steeds meer online’ 

Het nieuwe stelsel financiële verhoudingen gaat om meer dan alleen geld.

De extra middelen zijn niet structureel, wat het perspectief vanaf 2026 onzeker maakt.

De energietransitie, één van de grootste maatschappelijke uitdagingen van deze tijd.

Het speelveld van gemeenten vanaf 2021

Een korte verkenning
BDO-BENCHmark Nederlandse gemeenten 2023

Download de pdf-versie van het rapport inclusief verhelderende interviews met politici en managers uit het lokale bestuur  

WILT U MEER WETEN OVER DEZE PUBLICATIE OF OVER ONZE DIENSTVERLENING VOOR DE OVERHEID?

Neem dan contact op met 


Rob Bouman

rob.bouman@bdo.nl

✆ 06 - 23 48 45 50


of kijk op

bdo.nl/overheid

Het nieuwe stelsel financiële verhoudingen gaat om meer dan alleen geld.

De extra middelen zijn niet structureel, wat het perspectief vanaf 2026 onzeker maakt.

De energietransitie, één van de grootste maatschappelijke uitdagingen van deze tijd.

Eén overheid

Het kabinet wil bij de grote maatschappelijke opgaven samen met medeoverheden optrekken. Deze gedachte van één overheid zien wij als een belangrijke pijler onder de versterking van de interbestuurlijke samenwerking. Dit voor zover beide overheden ook bereid zijn samen mee- en tegenvallers op te vangen als het gaat om maatschappelijke opgaven.


Uitvoeringstoets decentrale overheden

Voor invoering van nieuw rijksbeleid en het neerleggen van taken bij lokale overheden moet voortaan eerst een uitvoeringstoets decentrale overheden (UDO) komen, heeft minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties laten weten. ‘Het is noodzakelijk dat de opgaven waarvoor medeoverheden staan en de middelen die ze tot hun beschikking hebben in balans zijn. Ik zie het als mijn verantwoordelijkheid erop toe te zien dat medeoverheden in staat zijn hun taken naar behoren uit te voeren’, schrijft de minister in haar hoofdlijnenbrief. Een uitvoeringstoets geeft duidelijkheid over de haalbaarheid en uitvoerbaarheid van beleid en geeft al tijdens de planningsfase inzicht in het draagvlak, de financiering en administratieve gevolgen ervan. Een uitvoeringstoets kan een krachtig middel zijn bij het versterken van de interbestuurlijke samenwerking.


Samenwerken

Willen gemeenten een rol van betekenis spelen bij de verschillende maatschappelijke opgaven, dan zullen ze meer dan ooit moeten samenwerken met medeoverheden en andere partijen. Maar bijvoorbeeld ook met inwoners, maatschappelijke organisaties en ondernemers. Het Nationaal Programma Regionale Energie Strategie (RES) is een voorbeeld van zo’n samenwerkingsverband. Dit programma ondersteunt de regio’s bij het maken van een regionale energiestrategie. Maar ook op andere thema’s zullen gemeenten de handen ineen moeten slaan omdat de opgaven eenvoudigweg te omvangrijk en te complex zijn.

‘Burgers en bedrijven zijn steeds zelfredzamer en doen steeds meer online’ 

De maatschappelijke opgaven waar gemeenten een belangrijke bijdrage aan moeten leveren, zijn niet mals. Afgezien van de al bestaande opgaven binnen het sociaal domein en de jeugdzorg, is er om te beginnen de energietransitie, één van de grootste maatschappelijke vraagstukken van deze tijd. Gemeenten staan onder andere voor de opgave om in 2050 de gebouwde omgeving aardgasvrij te maken. Nederland moet vanaf dan een klimaatneutrale samenleving zijn. Het doel is duidelijk, de weg ernaartoe niet. Ook hebben lokale overheden de handen vol aan het realiseren van natuurherstel en het terugdringen van de stikstofuitstoot. In combinatie met het aanjagen van de woningbouw is dat een enorme puzzel. Landelijk gezien is er een tekort van 390 duizend woningen, blijkt uit de Atlas voor gemeenten 2022 van Atlas Research. De woningbouwopgave betreft tot 2030 dan ook ruim 1 miljoen nieuwe woningen. Ook de opvang van vluchtelingen en asielzoekers houdt gemeenten bezig. De opvang- en noodlocaties zijn overvol, terwijl de instroom door blijft gaan.


Uitdagingen voor de gemeentelijke organisatie: krappe arbeidsmarkt en impact van een toenemende digitalisering

Een andere steeds groter wordende uitdaging betreft de krapte op de arbeidsmarkt. Dat maakt het voor gemeenten al lastig om de reguliere taken uit te voeren, laat staan de vele nieuwe opgaven die op ze afkomen. Ook staan gemeenten voor de steeds grotere impact van de informatiesamenleving en digitalisering. Burgers en bedrijven zijn steeds zelfredzamer en doen steeds meer online. Ook gemeenten kunnen en moeten meer gebruik gaan maken van de kansen van digitalisering in beleid, opgaven en (efficiëntere) dienstverlening. En dat in een omgeving waarin beveiliging en privacy van data en persoonsgegevens cruciaal zijn.


Financieel perspectief vanaf 2026 onzeker

Het kabinet heeft via het coalitieakkoord de gemeenten een goede financiële basis geboden voor de periode tot en met 2025. Er zijn voor die periode extra middelen aan het gemeentefonds toegevoegd en de opschalingskorting is naar achteren geschoven. De extra middelen zijn niet structureel, wat het perspectief vanaf 2026 onzeker maakt. De terugval in de omvang van het gemeentefonds vanaf 2026 is in gemeenteland omgedoopt tot ‘het ravijn’. De vergoeding voor de volumegroei over de jaren 2023-2025 van € 3,3 miljard vervalt dan. Gemeenten verliezen hiermee de ruimte om volumegroei (meer inwoners en/of vraag naar dienstverlening) op te vangen. Het Rijk lost dit in 2026 eenmalig op door een toevoeging van € 1,8 miljard aan het gemeentefonds. Wat de omvang van het gemeentefonds is na 2026 blijft vooralsnog gissen. De begrotingen 2026 van gemeenten voorspellen een gezamenlijk tekort van € 600 miljoen en  60% van de gemeenten komt dan in het rood. Deze financiële onzekerheid maakt  het voor gemeenten lastig om structureel beleid te maken of te investeren in de maatschappelijke opgaven die er zijn.


Financiële verhoudingen herzien

Het kabinet heeft bij het coalitieakkoord aangekondigd dat de financiële verhoudingen tussen Rijk en decentrale overheden worden herzien. In hoeverre daarmee ‘het ravijn’ wordt overbrugd, is vooralsnog niet duidelijk. De financiële uitgangspunten voor een nieuw stelsel gaan over een goede balans tussen opgaven, taken en middelen, meerjarige financiële stabiliteit, inzet van de transitiefondsen en de eventuele uitbreiding van het lokale belastinggebied. Het nieuwe stelsel gaat echter om meer dan alleen geld. Het gaat ook over de versterking van de interbestuurlijke samenwerking en reductie van de administratieve lasten. Dat is goed nieuws.

Het jaar 2021 is, net als de jaren daarvoor, opnieuw een veelbewogen jaar voor gemeenten. Afgezien van de COVID-19-pandemie die toen nog in volle gang was, nemen de maatschappelijke opgaven toe en houden ook de financiële verhoudingen en toekomstige wet- en regelgeving vanuit het Rijk de gemoederen bezig.