Deze website maakt gebruik van cookies

BDO Nederland gebruikt cookies en trackingtechnologieën om het browser-gebruik op onze online publicaties te verbeteren, gepersonaliseerde content te tonen en traffic te analyseren. Door op akkoord te klikken, stemt u in met het gebruik van cookies. Lees meer over ons cookiebeleid en privacybeleid.

Dga & personeel

Dga & personeel

55

Lage-inkomensvoordelen (1): Laat geen geld liggen

Let op! Het lage-inkomensvoordeel (LIV) wordt met ingang van 1 januari 2025 afgeschaft. Opbouw van het LIV vindt derhalve voor het laatst plaats in 2024. De laatste uitbetaling van het LIV zal plaatsvinden in 2025 voor de in 2024 verloonde uren.

55 Lage-inkomensvoordelen (1): Laat geen geld liggen

Sinds 1 januari 2017 kunt u in aanmerking komen voor het LIV (lage-inkomensvoordeel). Een subsidie die kan oplopen tot € 960 per werknemer, per jaar. Als uw werknemers iets minder of iets meer verdienen dan de geldende normbedragen mist u de subsidie. Door uw beloningsbeleid iets te veranderen, kunt u mogelijk ook voor 2024 alsnog in aanmerking komen voor het LIV. Bijvoorbeeld door een deel van het (december)salaris of deel van een dertiende maand aan te wijzen als eindheffingsbestanddeel voor de werkkostenregeling. Zelfs een kleine loonsverhoging voor de werknemer kan u als werkgever soms voordeel opleveren. Hetzelfde geldt voor het af laten kopen van vakantiedagen dit jaar, of juist volgend jaar. Hulp nodig? Wij kijken graag met u mee.

58 Loonkostenvoordelen (2): Overgang van onderneming

De Hoge Raad heeft op 24 mei 2024 uitspraak gedaan over het recht op een loonkostenvoordeel (LKV) bij overgang van een onderneming. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het recht (op de resterende looptijd) van het LKV van de overdragende werkgever mee overgaat naar de overnemende werkgever. Mocht u in 2024 als werkgever betrokken zijn geweest bij een overgang van onderneming waarbij u op dat moment werknemers hebt overgenomen waarvoor de overdragende werkgever recht had op een loonkostenvoordeel, neem dan een kopie van de doelgroepverklaring van de betreffende overgenomen werknemers op in uw administratie. Vergeet daarnaast niet om in uw aangiften loonheffingen over 2024 het LKV aan te vragen. Hiervoor heeft u de tijd tot en met 1 mei 2025.

57 Loonkostenvoordelen (1): Gebruik de mogelijkheden van de loonkostenvoordelen

Met ingang van 1 januari 2018 zijn de premiekortingen vervangen door de loonkostenvoordelen, een subsidie die kan oplopen tot € 6.000 per werknemer, per kalenderjaar. Een werkgever kan in aanmerking komen voor een loonkostenvoordeel (LKV), indien hij een werknemer in dienst neemt uit een doelgroep die vaak lastig aan werk kan komen. Per LKV gelden specifieke voorwaarden, waaraan de werknemer moet voldoen. Het gaat bijvoorbeeld om werknemers die uit de bijstand komen, werkloos waren of (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt zijn.

 

Om voor het LKV in aanmerking te komen, dient de betreffende werknemer(s) (of de werkgever namens hem) tijdig een zogenoemde doelgroepverklaring aan te vragen. Door middel van deze verklaring wordt door de gemeente of het UWV schriftelijk bevestigd, dat de betreffende werknemer binnen de doelgroep van het LKV valt. Vervolgens dient de werkgever deze doelgroepverklaring op te nemen in zijn dossier en kan hij het LKV aanvragen middels een vinkje in de salarisadministratie. Twijfelt u of u werknemers in dienst heeft waarvoor u mogelijk in aanmerking komt voor een LKV? Wij helpen u graag om dit te beoordelen en de subsidie voor u aan te vragen.

56 Lage-inkomensvoordelen (2): Controleer uw salarisverwerking

Het lage-inkomensvoordeel (LIV) wordt automatisch berekend en uitbetaald door de Belastingdienst. Voor de berekening van de tegemoetkoming baseert de Belastingdienst zich op de gegevens in de loonaangifte. In het voorjaar 2025 ontvangt u de berekening over 2024, waar u eventueel tegen in bezwaar kunt komen. In het najaar van 2025 ontvangt u dan uw geld. Het is van belang om te controleren of de berekeningen van de Belastingdienst wel kloppen. Als een berekening niet klopt kan dat ook aan uw salarisverwerking liggen. Bijvoorbeeld doordat (betaalde) reisuren of uitbetaalde vakantie-uren niet zichtbaar zijn voor de Belastingdienst. Controleer uw salarisverwerking dus een keer (bijvoorbeeld het aantal verloonde uren) of laat, desgewenst, ons dat voor u doen.

54 Controleer of u in verband met overwerk van uw werknemers de lage WW-premie moet herzien

Sinds 1 januari 2020 is er sprake van een premiedifferentiatie bij het bepalen van de verschuldigde WW-premie. De hoofdregel is dat de werkgever de lage WW-premie betaalt voor werknemers die werkzaam zijn op basis van een vast contract, dat wil zeggen een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die geen oproepovereenkomst is.

 

In een aantal situaties moet de lage WW-premie op een later moment herzien worden naar de hoge WW-premie. Dit is onder voorwaarden onder andere het geval als in de loonaangifte over het betreffende kalenderjaar het aantal verloonde uren met meer dan 30% het aantal contractueel overeengekomen uren overstijgt. In de praktijk zien wij dat vanwege personeelskrapte er ook in 2024 met regelmaat is overgewerkt. Als er binnen uw organisatie ook sprake is van overwerk, adviseren wij om tijdig in kaart te brengen of dit overwerk voor uw werknemers leidt tot een herziening van de lage WW-premie.

53 Kijk naar uw premiebeschikking Werkhervattingskas

Bij de premieheffing werknemersverzekeringen kan het nodige mis gaan. Denk hierbij aan een onjuiste sectorindeling in verband met gewijzigde bedrijfsactiviteiten. U bent als werkgever gehouden om een vermoeden op een onjuiste sectorindeling tijdig te melden bij de Belastingdienst. Ook kan sprake zijn van een te hoge premie doordat het UWV fouten heeft gemaakt in de berekening. Dit is bijvoorbeeld het geval als ten onrechte uitkeringslasten aan de werkgever worden toegerekend. Laat de beschikking die u eind van het jaar krijgt daarom bij ook maar de geringste twijfel controleren door onze experts. Het kan u niet alleen volgend jaar, maar ook de daaropvolgende jaren veel geld schelen.

52 Werkkostenregeling (2): Boek alle bonnetjes juist

De huidige manier van controleren door de Belastingdienst, met een geldeenheidsteekproef, kan hele vervelende gevolgen hebben. Eén foutief geboekt bonnetje van enkele tientjes kan leiden tot een naheffing en eventuele boetes van tienduizenden euro’s. Indien nodig, adviseren wij om uw administratieve inrichting aan te passen. Mogelijk biedt onze data-analysetool ‘Blik op de WKR’ de benodigde inzichten voor het WKR-proof maken van uw organisatie. Bij veel organisaties zien wij de werkkostenregeling ook terugkomen als (key)risico in het Tax Control Framework. Een wijziging in de vrije ruimte kan invloed hebben op het Tax Control Framework in de vorm van risico’s dan wel kansen.

 

Heeft u vragen over het Tax Control Framework of over onze data-analysetool ‘Blik op de WKR’? Neem gerust contact op met uw contactpersoon binnen BDO of met een van onze loonheffingenspecialisten. Zij denken graag met u mee. Ook de workshops over de werkkostenregeling vinden nog steeds plaats. Kijk op onze website[HH1] voor meer informatie. Heeft u behoefte aan maatwerk, ook dan helpen wij u graag.

51 Werkkostenregeling (1): Gebruik uw vrije ruimte in de werkkostenregeling

Als u in het kader van de werkkostenregeling (WKR) eindheffing verschuldigd bent over het kalenderjaar 2024, moet u deze eindheffing uiterlijk in het tweede tijdvak van 2025 aangeven in de aangifte loonheffingen. Houdt uw organisatie juist vrije ruimte over? Resterende vrije ruimte kunt u niet overhevelen naar 2025. Wel zou u de resterende vrije ruimte alsnog kunnen benutten door bijvoorbeeld bepaalde vergoedingen of verstrekkingen naar voren te halen of juist later te geven.

50 Controleer of voor uw organisatie een renseigneringsverplichting geldt

Verricht uw organisatie betalingen aan derden (anderen dan werknemers) in verband met door deze derden verrichte werkzaamheden? De Belastingdienst verzamelt informatie over betalingen die voor de ontvanger naar verwachting in de aangifte inkomstenbelasting tot het belastbare resultaat uit overige werkzaamheden zullen behoren. Organisaties die als ‘administratieplichtige’ worden aangemerkt en daarmee onder de reikwijdte van de nieuwe renseigneringsverplichting vallen, moeten de gegevens en inlichtingen over de verrichte betalingen voortaan digitaal aanleveren. Indien er binnen uw organisatie ook betalingen aan derden worden verricht, is het goed om te inventariseren of u de Belastingdienst hierover moet informeren. De gegevens over 2024 dienen uiterlijk op 31 januari 2025 bij de Belastingdienst te zijn aangeleverd.

55

Lage-inkomensvoordelen (1): Laat geen geld liggen

53 Kijk naar uw premiebeschikking Werkhervattingskas

Bij de premieheffing werknemersverzekeringen kan het nodige mis gaan. Denk hierbij aan een onjuiste sectorindeling in verband met gewijzigde bedrijfsactiviteiten. U bent als werkgever gehouden om een vermoeden op een onjuiste sectorindeling tijdig te melden bij de Belastingdienst. Ook kan sprake zijn van een te hoge premie doordat het UWV fouten heeft gemaakt in de berekening. Dit is bijvoorbeeld het geval als ten onrechte uitkeringslasten aan de werkgever worden toegerekend. Laat de beschikking die u eind van het jaar krijgt daarom bij ook maar de geringste twijfel controleren door onze experts. Het kan u niet alleen volgend jaar, maar ook de daaropvolgende jaren veel geld schelen.

52 Werkkostenregeling (2): Boek alle bonnetjes juist

De huidige manier van controleren door de Belastingdienst, met een geldeenheidsteekproef, kan hele vervelende gevolgen hebben. Eén foutief geboekt bonnetje van enkele tientjes kan leiden tot een naheffing en eventuele boetes van tienduizenden euro’s. Indien nodig, adviseren wij om uw administratieve inrichting aan te passen. Mogelijk biedt onze data-analysetool ‘Blik op de WKR’ de benodigde inzichten voor het WKR-proof maken van uw organisatie. Bij veel organisaties zien wij de werkkostenregeling ook terugkomen als (key)risico in het Tax Control Framework. Een wijziging in de vrije ruimte kan invloed hebben op het Tax Control Framework in de vorm van risico’s dan wel kansen.

 

Heeft u vragen over het Tax Control Framework of over onze data-analysetool ‘Blik op de WKR’? Neem gerust contact op met uw contactpersoon binnen BDO of met een van onze loonheffingenspecialisten. Zij denken graag met u mee. Ook de workshops over de werkkostenregeling vinden nog steeds plaats. Kijk op onze website[HH1] voor meer informatie. Heeft u behoefte aan maatwerk, ook dan helpen wij u graag.

51 Werkkostenregeling (1): Gebruik uw vrije ruimte in de werkkostenregeling

Als u in het kader van de werkkostenregeling (WKR) eindheffing verschuldigd bent over het kalenderjaar 2024, moet u deze eindheffing uiterlijk in het tweede tijdvak van 2025 aangeven in de aangifte loonheffingen. Houdt uw organisatie juist vrije ruimte over? Resterende vrije ruimte kunt u niet overhevelen naar 2025. Wel zou u de resterende vrije ruimte alsnog kunnen benutten door bijvoorbeeld bepaalde vergoedingen of verstrekkingen naar voren te halen of juist later te geven.

50 Controleer of voor uw organisatie een renseigneringsverplichting geldt

Verricht uw organisatie betalingen aan derden (anderen dan werknemers) in verband met door deze derden verrichte werkzaamheden? De Belastingdienst verzamelt informatie over betalingen die voor de ontvanger naar verwachting in de aangifte inkomstenbelasting tot het belastbare resultaat uit overige werkzaamheden zullen behoren. Organisaties die als ‘administratieplichtige’ worden aangemerkt en daarmee onder de reikwijdte van de nieuwe renseigneringsverplichting vallen, moeten de gegevens en inlichtingen over de verrichte betalingen voortaan digitaal aanleveren. Indien er binnen uw organisatie ook betalingen aan derden worden verricht, is het goed om te inventariseren of u de Belastingdienst hierover moet informeren. De gegevens over 2024 dienen uiterlijk op 31 januari 2025 bij de Belastingdienst te zijn aangeleverd.

Dga & personeel

56 Lage-inkomensvoordelen (2): Controleer uw salarisverwerking

Het lage-inkomensvoordeel (LIV) wordt automatisch berekend en uitbetaald door de Belastingdienst. Voor de berekening van de tegemoetkoming baseert de Belastingdienst zich op de gegevens in de loonaangifte. In het voorjaar 2025 ontvangt u de berekening over 2024, waar u eventueel tegen in bezwaar kunt komen. In het najaar van 2025 ontvangt u dan uw geld. Het is van belang om te controleren of de berekeningen van de Belastingdienst wel kloppen. Als een berekening niet klopt kan dat ook aan uw salarisverwerking liggen. Bijvoorbeeld doordat (betaalde) reisuren of uitbetaalde vakantie-uren niet zichtbaar zijn voor de Belastingdienst. Controleer uw salarisverwerking dus een keer (bijvoorbeeld het aantal verloonde uren) of laat, desgewenst, ons dat voor u doen.

Let op! Het lage-inkomensvoordeel (LIV) wordt met ingang van 1 januari 2025 afgeschaft. Opbouw van het LIV vindt derhalve voor het laatst plaats in 2024. De laatste uitbetaling van het LIV zal plaatsvinden in 2025 voor de in 2024 verloonde uren.

55 Lage-inkomensvoordelen (1): Laat geen geld liggen

Sinds 1 januari 2017 kunt u in aanmerking komen voor het LIV (lage-inkomensvoordeel). Een subsidie die kan oplopen tot € 960 per werknemer, per jaar. Als uw werknemers iets minder of iets meer verdienen dan de geldende normbedragen mist u de subsidie. Door uw beloningsbeleid iets te veranderen, kunt u mogelijk ook voor 2024 alsnog in aanmerking komen voor het LIV. Bijvoorbeeld door een deel van het (december)salaris of deel van een dertiende maand aan te wijzen als eindheffingsbestanddeel voor de werkkostenregeling. Zelfs een kleine loonsverhoging voor de werknemer kan u als werkgever soms voordeel opleveren. Hetzelfde geldt voor het af laten kopen van vakantiedagen dit jaar, of juist volgend jaar. Hulp nodig? Wij kijken graag met u mee.

54 Controleer of u in verband met overwerk van uw werknemers de lage WW-premie moet herzien

Sinds 1 januari 2020 is er sprake van een premiedifferentiatie bij het bepalen van de verschuldigde WW-premie. De hoofdregel is dat de werkgever de lage WW-premie betaalt voor werknemers die werkzaam zijn op basis van een vast contract, dat wil zeggen een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die geen oproepovereenkomst is.

 

In een aantal situaties moet de lage WW-premie op een later moment herzien worden naar de hoge WW-premie. Dit is onder voorwaarden onder andere het geval als in de loonaangifte over het betreffende kalenderjaar het aantal verloonde uren met meer dan 30% het aantal contractueel overeengekomen uren overstijgt. In de praktijk zien wij dat vanwege personeelskrapte er ook in 2024 met regelmaat is overgewerkt. Als er binnen uw organisatie ook sprake is van overwerk, adviseren wij om tijdig in kaart te brengen of dit overwerk voor uw werknemers leidt tot een herziening van de lage WW-premie.

57 Loonkostenvoordelen (1): Gebruik de mogelijkheden van de loonkostenvoordelen

Met ingang van 1 januari 2018 zijn de premiekortingen vervangen door de loonkostenvoordelen, een subsidie die kan oplopen tot € 6.000 per werknemer, per kalenderjaar. Een werkgever kan in aanmerking komen voor een loonkostenvoordeel (LKV), indien hij een werknemer in dienst neemt uit een doelgroep die vaak lastig aan werk kan komen. Per LKV gelden specifieke voorwaarden, waaraan de werknemer moet voldoen. Het gaat bijvoorbeeld om werknemers die uit de bijstand komen, werkloos waren of (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt zijn.

 

Om voor het LKV in aanmerking te komen, dient de betreffende werknemer(s) (of de werkgever namens hem) tijdig een zogenoemde doelgroepverklaring aan te vragen. Door middel van deze verklaring wordt door de gemeente of het UWV schriftelijk bevestigd, dat de betreffende werknemer binnen de doelgroep van het LKV valt. Vervolgens dient de werkgever deze doelgroepverklaring op te nemen in zijn dossier en kan hij het LKV aanvragen middels een vinkje in de salarisadministratie. Twijfelt u of u werknemers in dienst heeft waarvoor u mogelijk in aanmerking komt voor een LKV? Wij helpen u graag om dit te beoordelen en de subsidie voor u aan te vragen.

58 Loonkostenvoordelen (2): Overgang van onderneming

De Hoge Raad heeft op 24 mei 2024 uitspraak gedaan over het recht op een loonkostenvoordeel (LKV) bij overgang van een onderneming. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het recht (op de resterende looptijd) van het LKV van de overdragende werkgever mee overgaat naar de overnemende werkgever. Mocht u in 2024 als werkgever betrokken zijn geweest bij een overgang van onderneming waarbij u op dat moment werknemers hebt overgenomen waarvoor de overdragende werkgever recht had op een loonkostenvoordeel, neem dan een kopie van de doelgroepverklaring van de betreffende overgenomen werknemers op in uw administratie. Vergeet daarnaast niet om in uw aangiften loonheffingen over 2024 het LKV aan te vragen. Hiervoor heeft u de tijd tot en met 1 mei 2025.