Deze website maakt gebruik van cookies

BDO Nederland gebruikt cookies en trackingtechnologieën om het browser-gebruik op onze online publicaties te verbeteren, gepersonaliseerde content te tonen en traffic te analyseren. Door op akkoord te klikken, stemt u in met het gebruik van cookies. Lees meer over ons cookiebeleid en privacybeleid.

8

Ondernemingen
& btw

Ondernemingen & btw

79 Let op nieuw tarief overdrachtsbelasting bij aandelentransacties en draag indien mogelijk aandelen in vastgoedvennootschappen nog over voor 1 januari 2025

Vanaf 1 januari 2025 geldt de samenloopvrijstelling niet meer bij de verkrijging van aandelen in een vastgoedvennootschap. Dit betekent dat de samenloopvrijstelling alleen nog kan worden toegepast op de verkrijging van aandelen in een vastgoedvennootschap als de onroerende zaak gedurende minimaal twee jaar voor 90% of meer wordt gebruikt voor btw-belaste activiteiten. Als de samenloopvrijstelling niet van toepassing is, gaat een overdrachtsbelastingtarief van 4% gelden van de waarde van het onderliggende onroerend goed. De nieuwe regeling is complex en verschillende tarieven kunnen van toepassing zijn als de vastgoedvennootschap eigenaar is van verschillende vastgoedobjecten. Draag indien mogelijk de aandelen nog over voor 1 januari 2025 als u dan nog van de vrijstelling kunt profiteren. Meer informatie over het wetsvoorstel vastgoedaandelentransacties leest u hier.

80 Btw-behandeling servicekosten

Het nieuwe besluit over de btw-behandeling van nutsvoorzieningen en servicekosten maakt geen onderscheid meer tussen woningen en commercieel vastgoed. Als de huurder vrij is om zijn leverancier te kiezen en/of zelf zijn verbruik kan bepalen, is sprake van een van de verhuur te onderscheiden prestatie, ook bij woningen. Dit is een inhoudelijke beleidswijziging. Het oude besluit mag nog worden gehanteerd tot en met 31 december 2024. Vanaf 1 januari 2025 moet de administratie zijn ingericht op de nieuwe btw-behandeling, indien dit bij u van toepassing is.

81 Houd rekening met de (wijzigingen van de) KOR

De KOR (kleine ondernemersregeling) is een btw-vrijstelling die ook geldt voor rechtspersonen. Bij toepassing van de KOR hoeft u geen btw-facturen meer te versturen, geen btw meer te berekenen en kunt u de betaalde btw niet meer aftrekken. Ook krijgt u ontheffing van administratieve verplichtingen. De KOR mag niet op afzonderlijke bedrijfsactiviteiten worden toegepast en geldt voor de totale omzet uit verschillende ondernemingen per ondernemer. Per 1 januari 2025 verandert de KOR. De minimale toepassingsperiode van drie jaar vervalt en als u in 2024 meer dan € 20.000 omzet heeft, kunt u in 2025 geen gebruik meer maken van de KOR.

De periode waarin u de KOR niet kunt toepassen na opzegging of overschrijding verandert van drie naar maximaal twee jaar. Bij terugkeer naar de reguliere btw-regels geldt geen uitsluitingstermijn, alleen een afmeldtermijn van vier weken. Dit geeft u meer bewegingsvrijheid. Hou bij aan- of afmelding rekening met een verwerkingsperiode van vier weken bij de Belastingdienst. Zorg er dus voor dat de belastingdienst uw aanvraag uiterlijk 3 december 2024 heeft ontvangen.

De KOR kan momenteel alleen worden toegepast door in Nederland gevestigde ondernemers of ondernemers met een vaste inrichting in Nederland. Dit gaat ook veranderen per 1 januari 2025. Ondernemers met een vaste inrichting in Nederland kunnen dan geen gebruik meer maken van de binnenlandse KOR. Lees meer over de wijzigingen van de KOR in ons artikel.

82 Wijziging registratiedrempel zeer kleine ondernemers

Ondernemers met een omzet van minder dan € 1.800 per jaar hoeven zich niet te melden als btw-ondernemer en voor de KOR te kiezen. Zij genieten automatisch een vrijstelling, maar hebben ook geen recht op aftrek. Per 1 januari 2025 wordt de drempel verhoogd naar €2.200. Een ondernemer die zich bij de Belastingdienst of de Kamer van Koophandel heeft gemeld als btw-ondernemer kan geen gebruik maken van deze regeling. De vrijwillige registratiedrempel wordt per 1 januari 2025 verhoogd van € 1.800 naar € 2.200. Bij overschrijding van het bedrag van € 2.200 kunt u alsnog een beroep doen op de KOR door u aan te melden (let op een minimale verwerkingsperiode bij de Belastingdienst van vier weken). Wilt u de KOR toepassen in een andere lidstaat, dan dient u zich wel aan te melden voor de KOR in Nederland.

Het leveren van stroom aan uw energieleverancier kwalificeert ook als ondernemingsactiviteit. Dreigt de drempel te worden overschreden, bijvoorbeeld doordat u stroom levert aan het net, dan is het wellicht gunstig om het energiecontract af te laten sluiten door de partner van de ondernemer. De partners zijn dan elk voor zich ondernemer voor de btw en kunnen elk voor zich de KOR toepassen indien aan de voorwaarden daarvoor is voldaan.

83 Zorg per 1 januari 2025 voor de berekening van het juiste btw-bedrag bij bepaalde virtuele activiteiten en virtuele toegang tot evenementen

Vanaf 1 januari 2025 zijn virtuele diensten van culturele, artistieke, sportieve, wetenschappelijke, educatieve en vermakelijke aard voor de btw belast waar de afnemende ondernemer is gevestigd of zijn vaste inrichting zich bevindt, of, in geval sprake is van een particulier, waar de afnemer zijn woonplaats of gebruikelijke verblijfplaats heeft. Voor gevallen waarin de afnemer is gevestigd in de lidstaat waar het evenement plaatsvindt, wijzigt er niets. Als u een dergelijke virtuele dienst verricht aan een ondernemer gevestigd in een andere EU-lidstaat, is btw verschuldigd in die andere EU-lidstaat. De btw is dan verlegd naar de afnemer, zodat u zich voor de btw niet zal hoeven te registreren in die andere EU-lidstaat. Is de afnemer een particulier, dan kunt u gebruik maken van het éénloketsysteem, de One Stop Shop (OSS). De toepassing van de OSS-regeling is geen verplichting maar een optie. U kunt ook nog steeds kiezen voor lokale btw-registraties.

84 Bereid u voor op het vervallen van de aanvullende btw-margeregeling

De margeregeling is een speciale regeling voor ondernemers die handelen in gebruikte goederen, kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten, waarbij de verschuldigde btw wordt berekend over het verschil tussen verkoop- en inkoopprijs (de winstmarge). Past u de margeregeling toe? Dan mag u de btw die u bij invoer, inkoop of verwerving hebt betaald, niet aftrekken als voorbelasting. De aanvullende btw-margeregeling bepaling biedt de wederverkoper het keuzerecht om op verzoek de margeregeling toe te passen op de door hem verrichte leveringen van antiek, kunst- en verzamelvoorwerpen die hij zelf heeft ingevoerd of tegen het verlaagde tarief geleverd heeft gekregen door de maker van het kunstvoorwerp of een andere ondernemer. Deze aanvullende btw-margeregeling vervalt per 1 januari 2025. Hebt u nog onder toepassing van de aanvullende margeregeling ingekochte antiek, kunst- en verzamelvoorwerpen niet verkocht per 1 januari 2025? Dan kunt u de btw op deze ingekochte goederen alsnog in aftrek brengen in de btw-aangifte over het eerste kwartaal van 2025.

85 Let op tariefswijziging agrarische inputproducten en opfok- en opkweek planten en dieren

Per 1 januari 2025 wordt het verlaagde btw-tarief op agrarische goederen afgeschaft waaronder granen, peulvruchten, pootgoed, vee, slachtafval, veevoeders en wol. Ook het verlaagde btw-tarief voor de opfok van dieren en het opkweken van planten wordt per 1 januari 2025 afgeschaft. Als gevolg hiervan is 12% extra btw verschuldigd bij de levering van deze goederen. Leveranciers moeten in 2024 bezien of zij deze prijsverhoging willen en kunnen doorberekenen in de prijs van hun producten. Er is geen overgangsregeling getroffen. Dit betekent dat de reguliere regels rondom verschuldigdheid van btw bepalen of 9% of 21% btw verschuldigd is. Wanneer de btw verschuldigd is, hangt af van of de leverancier vooruitbetalingen ontvangt, of hij het kas- of factuurstelsel toepast en of hij verplicht is om facturen uit te reiken aan zijn afnemers. Afhankelijk van uw btw-positie kan het gunstig zijn om deze goederen nog in te kopen in 2024.

86 Vraag tijdig uw in 2023 en 2024 betaalde btw in het Verenigd Koninkrijk terug

Het Verenigd Koninkrijk hanteert voor het terugvragen van btw een termijn die afwijkt van de termijn voor het terugvragen van btw uit EU-landen. Het jaar waarover btw kan worden teruggevraagd loopt van 1 juli van het kalenderjaar tot en met 30 juni van het daarop volgende kalenderjaar. De btw kan vervolgens tot uiterlijk 31 december van dat jaar worden teruggevraagd. De UK btw over de periode 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2024 dient dus uiterlijk 31 december 2024 te worden teruggevraagd. Meer informatie hierover vindt u hier.

86 Vraag tijdig uw in 2023 en 2024 betaalde btw in het Verenigd Koninkrijk terug

Het Verenigd Koninkrijk hanteert voor het terugvragen van btw een termijn die afwijkt van de termijn voor het terugvragen van btw uit EU-landen. Het jaar waarover btw kan worden teruggevraagd loopt van 1 juli van het kalenderjaar tot en met 30 juni van het daarop volgende kalenderjaar. De btw kan vervolgens tot uiterlijk 31 december van dat jaar worden teruggevraagd. De UK btw over de periode 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2024 dient dus uiterlijk 31 december 2024 te worden teruggevraagd. Meer informatie hierover vindt u hier.

85 Let op tariefswijziging agrarische inputproducten en opfok- en opkweek planten en dieren

Per 1 januari 2025 wordt het verlaagde btw-tarief op agrarische goederen afgeschaft waaronder granen, peulvruchten, pootgoed, vee, slachtafval, veevoeders en wol. Ook het verlaagde btw-tarief voor de opfok van dieren en het opkweken van planten wordt per 1 januari 2025 afgeschaft. Als gevolg hiervan is 12% extra btw verschuldigd bij de levering van deze goederen. Leveranciers moeten in 2024 bezien of zij deze prijsverhoging willen en kunnen doorberekenen in de prijs van hun producten. Er is geen overgangsregeling getroffen. Dit betekent dat de reguliere regels rondom verschuldigdheid van btw bepalen of 9% of 21% btw verschuldigd is. Wanneer de btw verschuldigd is, hangt af van of de leverancier vooruitbetalingen ontvangt, of hij het kas- of factuurstelsel toepast en of hij verplicht is om facturen uit te reiken aan zijn afnemers. Afhankelijk van uw btw-positie kan het gunstig zijn om deze goederen nog in te kopen in 2024.

84 Bereid u voor op het vervallen van de aanvullende btw-margeregeling

De margeregeling is een speciale regeling voor ondernemers die handelen in gebruikte goederen, kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten, waarbij de verschuldigde btw wordt berekend over het verschil tussen verkoop- en inkoopprijs (de winstmarge). Past u de margeregeling toe? Dan mag u de btw die u bij invoer, inkoop of verwerving hebt betaald, niet aftrekken als voorbelasting. De aanvullende btw-margeregeling bepaling biedt de wederverkoper het keuzerecht om op verzoek de margeregeling toe te passen op de door hem verrichte leveringen van antiek, kunst- en verzamelvoorwerpen die hij zelf heeft ingevoerd of tegen het verlaagde tarief geleverd heeft gekregen door de maker van het kunstvoorwerp of een andere ondernemer. Deze aanvullende btw-margeregeling vervalt per 1 januari 2025. Hebt u nog onder toepassing van de aanvullende margeregeling ingekochte antiek, kunst- en verzamelvoorwerpen niet verkocht per 1 januari 2025? Dan kunt u de btw op deze ingekochte goederen alsnog in aftrek brengen in de btw-aangifte over het eerste kwartaal van 2025.

83 Zorg per 1 januari 2025 voor de berekening van het juiste btw-bedrag bij bepaalde virtuele activiteiten en virtuele toegang tot evenementen

Vanaf 1 januari 2025 zijn virtuele diensten van culturele, artistieke, sportieve, wetenschappelijke, educatieve en vermakelijke aard voor de btw belast waar de afnemende ondernemer is gevestigd of zijn vaste inrichting zich bevindt, of, in geval sprake is van een particulier, waar de afnemer zijn woonplaats of gebruikelijke verblijfplaats heeft. Voor gevallen waarin de afnemer is gevestigd in de lidstaat waar het evenement plaatsvindt, wijzigt er niets. Als u een dergelijke virtuele dienst verricht aan een ondernemer gevestigd in een andere EU-lidstaat, is btw verschuldigd in die andere EU-lidstaat. De btw is dan verlegd naar de afnemer, zodat u zich voor de btw niet zal hoeven te registreren in die andere EU-lidstaat. Is de afnemer een particulier, dan kunt u gebruik maken van het éénloketsysteem, de One Stop Shop (OSS). De toepassing van de OSS-regeling is geen verplichting maar een optie. U kunt ook nog steeds kiezen voor lokale btw-registraties.

82 Wijziging registratiedrempel zeer kleine ondernemers

Ondernemers met een omzet van minder dan € 1.800 per jaar hoeven zich niet te melden als btw-ondernemer en voor de KOR te kiezen. Zij genieten automatisch een vrijstelling, maar hebben ook geen recht op aftrek. Per 1 januari 2025 wordt de drempel verhoogd naar €2.200. Een ondernemer die zich bij de Belastingdienst of de Kamer van Koophandel heeft gemeld als btw-ondernemer kan geen gebruik maken van deze regeling. De vrijwillige registratiedrempel wordt per 1 januari 2025 verhoogd van € 1.800 naar € 2.200. Bij overschrijding van het bedrag van € 2.200 kunt u alsnog een beroep doen op de KOR door u aan te melden (let op een minimale verwerkingsperiode bij de Belastingdienst van vier weken). Wilt u de KOR toepassen in een andere lidstaat, dan dient u zich wel aan te melden voor de KOR in Nederland.

Het leveren van stroom aan uw energieleverancier kwalificeert ook als ondernemingsactiviteit. Dreigt de drempel te worden overschreden, bijvoorbeeld doordat u stroom levert aan het net, dan is het wellicht gunstig om het energiecontract af te laten sluiten door de partner van de ondernemer. De partners zijn dan elk voor zich ondernemer voor de btw en kunnen elk voor zich de KOR toepassen indien aan de voorwaarden daarvoor is voldaan.

81 Houd rekening met de (wijzigingen van de) KOR

De KOR (kleine ondernemersregeling) is een btw-vrijstelling die ook geldt voor rechtspersonen. Bij toepassing van de KOR hoeft u geen btw-facturen meer te versturen, geen btw meer te berekenen en kunt u de betaalde btw niet meer aftrekken. Ook krijgt u ontheffing van administratieve verplichtingen. De KOR mag niet op afzonderlijke bedrijfsactiviteiten worden toegepast en geldt voor de totale omzet uit verschillende ondernemingen per ondernemer. Per 1 januari 2025 verandert de KOR. De minimale toepassingsperiode van drie jaar vervalt en als u in 2024 meer dan € 20.000 omzet heeft, kunt u in 2025 geen gebruik meer maken van de KOR.

De periode waarin u de KOR niet kunt toepassen na opzegging of overschrijding verandert van drie naar maximaal twee jaar. Bij terugkeer naar de reguliere btw-regels geldt geen uitsluitingstermijn, alleen een afmeldtermijn van vier weken. Dit geeft u meer bewegingsvrijheid. Hou bij aan- of afmelding rekening met een verwerkingsperiode van vier weken bij de Belastingdienst. Zorg er dus voor dat de belastingdienst uw aanvraag uiterlijk 3 december 2024 heeft ontvangen.

De KOR kan momenteel alleen worden toegepast door in Nederland gevestigde ondernemers of ondernemers met een vaste inrichting in Nederland. Dit gaat ook veranderen per 1 januari 2025. Ondernemers met een vaste inrichting in Nederland kunnen dan geen gebruik meer maken van de binnenlandse KOR. Lees meer over de wijzigingen van de KOR in ons artikel.

80 Btw-behandeling servicekosten

Het nieuwe besluit over de btw-behandeling van nutsvoorzieningen en servicekosten maakt geen onderscheid meer tussen woningen en commercieel vastgoed. Als de huurder vrij is om zijn leverancier te kiezen en/of zelf zijn verbruik kan bepalen, is sprake van een van de verhuur te onderscheiden prestatie, ook bij woningen. Dit is een inhoudelijke beleidswijziging. Het oude besluit mag nog worden gehanteerd tot en met 31 december 2024. Vanaf 1 januari 2025 moet de administratie zijn ingericht op de nieuwe btw-behandeling, indien dit bij u van toepassing is.

79 Let op nieuw tarief overdrachts-
belasting bij aandelentransacties en draag indien mogelijk aandelen in vastgoedvennootschappen nog over voor 1 januari 2025

Vanaf 1 januari 2025 geldt de samenloopvrijstelling niet meer bij de verkrijging van aandelen in een vastgoedvennootschap. Dit betekent dat de samenloopvrijstelling alleen nog kan worden toegepast op de verkrijging van aandelen in een vastgoedvennootschap als de onroerende zaak gedurende minimaal twee jaar voor 90% of meer wordt gebruikt voor btw-belaste activiteiten. Als de samenloopvrijstelling niet van toepassing is, gaat een overdrachtsbelastingtarief van 4% gelden van de waarde van het onderliggende onroerend goed. De nieuwe regeling is complex en verschillende tarieven kunnen van toepassing zijn als de vastgoedvennootschap eigenaar is van verschillende vastgoedobjecten. Draag indien mogelijk de aandelen nog over voor 1 januari 2025 als u dan nog van de vrijstelling kunt profiteren. Meer informatie over het wetsvoorstel vastgoedaandelentransacties leest u hier.

Ondernemingen & btw